Riolering: de basisregels

Er dienen drie soorten “water” afgevoerd te worden: huishoudelijk afvalwater (grijs afvalwater), faecaal afvalwater (zwart afvalwater) en regenwater.

De nieuwe beleidslijnen die sinds 2003 in het Vlaamse Gewest van kracht zijn, maken een duidelijk onderscheid tussen niet verontreinigd regen- of hemelwater en huishoudelijk afvalwater . Bedoeling is te komen tot een volledig gescheiden opvang en verwerking van regenwater enerzijds en een gedeelde verantwoordelijkheid (gewest, gemeente én burger) voor de zuivering van huishoudelijk afvalwater anderzijds.
Vele gemeenten hebben hun specifieke voorschriften betreffende rioleringen, vereiste putten en aansluitvoorwaarden, afhankelijk van de plaatselijke riolerings- en waterzuiveringinfrastructuur. Je neemt dan ook best contact op met de technische dienst van je gemeente.

Toch zijn er op de werf een aantal praktische, concrete vuistregels die overal gelden:

  • Houdt faecaal en huishoudelijk afvalwater gescheiden tot aan de reukafsluiter vlak voor de aansluiting op het openbare net en draag er zorg voor dat er geen reukoverdracht kan gebeuren van het ene op het andere circuit.
  • Let erop dat de ondergrondse leidingen zorgvuldig geplaatst worden: afwatering, zandfundering, bochten, lassen, aantal toezichtputjes…
  • Denk eraan om grote putten en reservoirs onmiddellijk na plaatsing voorlopig met water te vullen, zoniet zouden ze wel eens op eigen kracht terug naar boven kunnen komen.

Regenwater: opvangen, gebruiken, bufferen, infiltreren

Al enkele jaren ben je bij het bouwen of verbouwen van een woning verplicht een regenwaterput te installeren (bepaalde kleine eengezinswoningen zijn hiervan vrijgesteld). De voordelen zijn duidelijk : drinkwatervoorraden worden gespaard, de riolering wordt minder belast zodat overstromingsgevaar vermindert en de waterzuiveringsinstallaties renderen beter.

Sinds 1 februari 2005 werden de richtlijnen i.v.m. de opvang en afvoer van hemelwater nog verstrengd.
De nieuwe richtlijnen zijn van toepassing :

  • wanneer je een woning bouwt (op een perceel groter dan 3 are) of herbouwt (minder dan 60% van de buitenmuren blijft behouden) met een dakoppervlakte van meer dan 75 m2
  • wanneer je de dakoppervlakte van een woning uitbreidt met meer dan 50 m2. In dit geval geldt het besluit enkel de uitbreiding.
  • op het (her)aanleggen van verharde grondoppervlakken, groter dan 200 (!)m2 (dus meestal niet van toepassing bij gewone particuliere woningbouw).

In die gevallen kan je slechts een stedenbouwkundige vergunning krijgen wanneer :

  • op de (ver)bouwplannen de plaatsing van een hemelwaterput is aangegeven
  • de grootte van de put in verhouding is met de totale dakoppervlakte
    – dakoppervlakte < 100 m2 : een put van 3000 liter of meer
    – dakoppervlakte tussen 100 en 150 m2 : een put van 5000 liter of meer
    – dakoppervlakte tussen 150 en 200 m2 : een put van 7500 liter of meer
  • het volledige dakoppervlak afwatert in een hemelwaterput. Enkel bij een herbouwing in een gesloten bebouwing wordt een afwatering van slechts de helft van de dakoppervlakte toegestaan.
  • op de hemelwaterput een operationele pompinstallatie wordt aangesloten voor het daadwerkelijk huishoudelijk gebruik van het hemelwater.
  • bij aanleg van een nieuwe hemelwaterafvoer, de afvoer van het overtollige hemelwater minstens tot aan het lozingspunt gescheiden gebeurt van het afvalwater. (Lozing van hemelwater op de gemengde riolering kan alleen wanneer geen gescheiden rioleringsstelsel of gracht aanwezig is.)
  • Heel wat gemeenten geven een subsidie voor de installatie van een regenput. Het bedrag en de vaak strengere voorwaarden verschillen van gemeente tot gemeente. Informeer je !

Gaat het om een (her)bouwproject waarbij meer dan 200 m2 verharde grondoppervlakte wordt (her)aangelegd, dan gelden bovendien specifieke voorwaarden met betrekking tot de infiltratievoorziening voor vertraagde afvoer en het buffervolume hiervan.

Afvalwater en waterzuivering

Waar riolering ligt, ben je verplicht aan te sluiten op de riolering. Welke verdere voorzieningen je verder zelf moet installeren hangt af van gemeente tot gemeente : informeer je !

In landelijke gebieden waar de aansluiting op de riolering- of waterzuiveringsinfrastructuur onmogelijk of financieel niet haalbaar is, gebeurt de waterzuivering via kleinschalige waterzuiveringsinstallaties (KWZI) die door de gemeenten worden ingeplant. Een dergelijk systeem, bvb een actief slibsysteem of een rietveld, zuivert het afvalwater van gemiddeld 200 inwoners.

Kan je ook hier niet op aansluiten, en je gemeente voorziet ook in de nabije toekomst geen KWZI, dan moet je zelf instaan voor de behandeling van het afvalwater via een IBA (installatie voor de Individuele Behandeling van Afvalwater).
Gaat het om een verbouwing van een bestaande woning, gebouwd voor 1993 of 1995 (afhankelijk van waar je woning juist ligt) dan volstaat voorlopig een goed werkende septische put; bij recentere woningen en nieuwbouw wordt een meer verregaande zuivering opgelegd.

De septische put

De septische put zorgt voor het afscheiden van de vaste en bezinkbare delen uit het afvalwater en voor de afscheiding van oliën en vetten. Bacteriën zorgen voor de gedeeltelijke afbraak van het bezonken materiaal en het vloeibaar maken van de korstlaag die gevormd wordt. Wat niet verteerd wordt moet jaarlijks weggepompt worden door een ruimfirma. De overloop van de septische put wordt aangesloten op het openbare rioleringsnet of op een zink- of sterfput die het afvalwater via gaten in de ondergrond verspreidt. De overloop van deze put mondt op zijn beurt uit in een nabijgelegen gracht.
Zwaar vervuild afvalwater (detergenten, chemische producten, resten antibiotica, …) verstoren de werking van de bacteriën en horen dan ook niet thuis in de septische put!

In sommige gemeenten ben je verplicht een aparte vetafscheider te installeren om vet en oliën te af te scheiden voor lozing. Is je septische put, die normaal gezien deze taak voor zijn rekening neemt, meer dan 10 tot 15 meter van je woning verwijderd, dan is een vetafscheider aan te raden zelfs als je dit niet verplicht bent. En dergelijke installatie, zodicht mogelijk bij de keukenafvoer, voorkomt de verstopping van de leidingen. Uiteraard moet de vet/olie laag regelmatig verwijderd worden!

De Individuele Behandeling Afvalwater of IBA

De individuele behandeling van afvalwater gebeurt in 3 stappen:

  • de voorbehandeling of primaire zuivering : het afvalwater wordt gezuiverd van vaste en bezinkbare bestanddelen en vloeibaar gemaakt via een voorbezinktank. Een septische put en een vetafscheider verzorgen dus een bepaalde vorm van primaire zuivering !
  • de biologische of secundaire zuivering : het vloeibaar afvalwater wordt verder gezuiverd van opgeloste vervuilende stoffen.
  • de nabehandeling of tertiaire zuivering : de laatste zwevende vaste deeltjes worden verwijderd.

Er zijn heel wat IBA-systemen mogelijk en soms is de voorbehandeling of nabehandeling geïntegreerd in de biologische zuivering.
Voor de biologische zuivering bestaan er twee soorten systemen : compactsystemen (technische IBA’s) en plantensystemen.

  • Compactsystemen :
    De biologische zuivering gebeurt in een beluchtingstank die deel uitmaakt van een compact 3-putten systeem.
    Er zijn verschillende mogelijkheden

    1. actief slibsysteem : de biologische afbraak gebeurt door bacteriën die aan elkaar klitten tot slibvlokken. Om de bacteriën actief te houden wordt met tussenpozen zuurstof in de tank gepompt.
    2. biorotor: actieve micro-organismen groeien op dragermateriaal dat voortdurend ronddraait in het afvalwater en een zuurstofrijke omgeving constant afwisselt met een zuurstofarme omgeving
    3. aërobe filter of oxidatiebed : in een biofilter wordt het afvalwater over dragermateriaal met werkzame micro-organismen gesproeid
    4. ondergedompelde vaste filter : de afvalstoffen worden afgebroken door micro-organismen die groeien op vast dragermateriaal waardoor met tussenpozen lucht gestuurd wordt
  • Plantensystemen
    Heb je voldoende grondoppervlak ter beschikking dan kan je je afvalwater ook zuiveren met planten, bvb een percolatierietveld. Hier laat je het afvalwater langzaam door een speciale zeezandlaag met rietbegroeiing sijpelen. Micro-organismen op de zeezandkorrels en de rietwortels zorgen voor de zuivering

We verwijzen je graag nogmaals naar www.vmm.be, waar je gedetailleerde informatie vindt over de verschillende systemen.
Een waterzuiveringsinstallatie vergt een serieuze investering. Informeer je grondig en laat je adviseren door specialisten ! Kijk ook na of je kan genieten van gemeentelijke of provinciale subsidies.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here